Het medicijntekort: een veelkoppig monster

Het zal u maar gebeuren: de medicijnen die u nodig heeft, zijn niet of nauwelijks meer te krijgen. Medicijntekorten, je hoort er steeds vaker over. Het probleem bestaat al jaren en is een zogenaamd 'veelkoppig monster'. We leggen graag uit wat er speelt.
Het medicijntekort is een wereldwijd probleem, ook andere landen hebben er last van. Het is een veelkoppig monster met meerdere oorzaken. Zoals een tekort aan grondstoffen voor de productie van een medicijn, een grotere vraag naar bepaalde medicijnen of een vervoersprobleem door bijvoorbeeld een blokkade voor de scheepvaart.

Echte tekorten, zoals de afgelopen jaren bij enkele geneesmiddelen tegen epilepsie en de ziekte van Parkinson, komen gelukkig relatief weinig voor. Dat neemt niet weg dat deze tekorten voor de gebruikers ingrijpend zijn en soms grote gevolgen kunnen hebben voor hun kwaliteit van leven. Apothekers en groothandels kunnen dan tijdelijk medicijnen uit het buitenland invoeren of de apotheker maakt de medicatie zelf. Menzis vergoedt in deze situaties de medicijnen.

Wanneer spreken we van een medicijnentekort?

Er zijn verschillende definities van een medicijntekort. Dat maakt het vergelijken met andere landen lastig.

Europees Geneesmiddelen Agentschap

Het Europese Geneesmiddelen Agentschap EMA heeft als definitie voor een tekort:
"A shortage of a medicinal product for human or veterinary use occurs when supply does not meet demand at a national level". Ofwel: een tekort van een medicijn voor menselijk of dierlijk gebruik treedt op als het aanbod van het geneesmiddel niet aan de vraag kan voldoen in een land.*
Dat betekent dat als er van bijvoorbeeld het geneesmiddel simvastatine 20 mg van één leverancier onvoldoende beschikbaar is, maar anderen hebben voldoende voorraad, dat er dan geen sprake is van een tekort.

Apothekersorganisatie KNMP

Apothekersorganisatie KNMP Farmanco hanteert een ruimere definitie.** Meldingen van apothekers die binnenkomen bij KNMP Farmanco worden geverifieerd bij de leveranciers. Als geneesmiddelen landelijk niet beschikbaar zijn en het tekort waarschijnlijk langer dan 14 dagen gaat duren, volgt publicatie op KNMP Farmanco. Dat betekent dat als er bij één leverancier een geneesmiddel 14 dagen of meer niet beschikbaar is, dan spreekt het KNMP van een tekort. Met deze definitie telt de KNMP altijd meer tekorten dan een land dat de officiële definitie van de EMA gebruikt.

Meldpunt Geneesmiddelentekorten

In Nederland is ook een overheidsinstantie die tekorten monitort: Het Meldpunt Geneesmiddelentekorten van CBG en Inspectie. Fabrikanten zijn sinds 1 januari 2017 verplicht een (dreigend) tekort te melden aan dit Meldpunt. Als er op een gegeven moment een geneesmiddel nergens in Nederland meer beschikbaar is, kan dit Meldpunt een tekortenbesluit publiceren. Dan is er de mogelijkheid om (na toestemming van het Meldpunt Geneesmiddelentekorten) het product uit het buitenland te halen. Het medicijn wordt dan door zorgverzekeraars op dezelfde wijze vergoed als Nederlandse producten.

Dat de data over het medicijntekort in Nederland niet betrouwbaar genoeg is, is ook te zien in dit rapport over medicijntekorten in Europa. (pdf, zie figuur pagina 2)
* Guidance for MAHs on the detection and notification of shortages
** Over KNMP Farmanco | KNMP - Farmanco

Wat zijn oorzaken van het medicijntekort?

Een medicijnentekort kan ontstaan door een aantal oorzaken, zoals voorraad- en distributieproblemen. Voorraadproblemen ontstaan bijvoorbeeld omdat het werkzame bestanddeel of een hulpstof (tijdelijk) niet meer beschikbaar is. Ook kan er vertraging zijn in de productie vanwege een kwaliteitsprobleem, terugroepactie of gebeurtenissen zoals een staking, een natuurramp of een pandemie zoals COVID-19. Daarnaast kan er ook een tekort ontstaan door een toegenomen vraag naar het medicijn.

Distributieproblemen zijn bijvoorbeeld logistieke problemen (vertraging bij de douane of in het transport). Of er is maar een klein aantal groothandels dat het geneesmiddel (tijdelijk) beschikbaar heeft. Er is dan een lokaal tekort. Of farmaceutische bedrijven onderbreken leveringen om hun voorraad op een gecontroleerde manier af te kunnen leveren. Het komt helaas ook voor dat geneesmiddelen, bestemd voor de Nederlandse markt, door Nederlandse apothekers en groothandels geëxporteerd worden naar een ander land. Waardoor ze niet meer of beperkt beschikbaar zijn in Nederland.*
* Beschikbaarheid van geneesmiddelen | FAGG (fagg-afmps.be)

Wat is preferentiebeleid?

Als er van een geneesmiddel meerdere aanbieders zijn, wijzen zorgverzekeraars één van die leveranciers aan als voorkeursleverancier. Bij die keuze speelt naast kwaliteit, de prijs een belangrijke rol. Maar ook de leveringszekerheid. Zorgverzekeraars vragen aan de leveranciers voor welke prijs zij het medicijn willen leveren. De leveranciers bepalen dus zelf hun verkoopprijs. In ruil voor korting op die prijs mogen alleen de geselecteerde leveranciers het geneesmiddel aan de verzekerden van de zorgverzekeraar leveren. Daarmee zijn zij preferente leverancier.

Preferentiebeleid voor medicijnen is overigens niet nieuw. Bij de groothandels en de apothekers werkt het al jaren zo. Alle apothekers hebben een groothandel die de geneesmiddeleninkoop voor ze regelt. Op de producten die groothandels zelf inkopen, is ook de leverancier die de meeste korting geeft spekkoper. Eerder ontvingen de groothandel en de apothekers die korting. De korting door het preferentiebeleid komt nu bij de zorgverzekeraars terecht en de zorgverzekeraars geven die korting terug aan hun verzekerden via de premie. Zo zijn er honderden miljoenen euro’s bespaard op de kosten van de meest gebruikte geneesmiddelen.

Wat wordt er gedaan aan de tekorten?

Met alle betrokken organisaties binnen de geneesmiddelenmarkt en het Ministerie van VWS wordt er landelijk en op Europees niveau ook samengewerkt om deze tekorten op te lossen en te verminderen. Daaruit is onder andere het volgende gekomen:

  • Er is een Meldpunt Geneesmiddelentekorten opgericht dat de tekorten in kaart brengt en maatregelen kan nemen;
  • Er wordt gewerkt met een ‘ijzeren voorraad’ bij de leveranciers (6 weken) en de groothandels (2 weken) voor alle geneesmiddelen. Daardoor zou er altijd een minimale voorraad van tenminste voor 8 weken beschikbaar zijn bij een dreigend tekort;
  • Als er een echt tekort is aan een specifiek geneesmiddel, en het Meldpunt Geneesmiddelentekorten geeft toestemming om tijdelijk een product uit het buitenland te importeren, dan vergoeden zorgverzekeraars dat product.

Zorgverzekeraars hebben zorgplicht en zijn dus medeverantwoordelijk voor goede beschikbaarheid van medicijnen voor onze verzekerden. We hebben dan ook aanpassingen gedaan in het inkoopproces om de kans zo klein mogelijk te maken dat ons inkoopbeleid een rol speelt in de tekorten. Ook de andere partijen kunnen bijdragen om de kans op tekorten te verminderen. Apotheken kunnen bijvoorbeeld zelf meer voorraad aanleggen in hun apotheek. De afgelopen jaren hebben ze steeds minder voorraad in hun apotheek liggen. Groothandels en leveranciers moeten zorgen voor hun voorraadverplichtingen en de overheid moet kijken welke regels averechts werken. Alleen samen kunnen we het veelkoppige monster het hoofd bieden en ervoor zorgen dat u uw medicijnen krijgt.

Welke partijen spelen een rol?

  • Apothekers kopen geneesmiddelen in bij groothandels of bij de leverancier zelf.
  • Fabrikanten/leveranciers produceren geneesmiddelen. Fabrieken staan in alle landen van de wereld, ook in Europa. De grondstoffen komen echter vaak uit China of India. Productie van geneesmiddelen voor Nederland vindt plaats in Europa en India. Bij preferente geneesmiddelen zien we de laatste jaren dat er steeds meer Europese productie plaatsvindt.
  • Groothandels kopen producten in bij fabrikanten/leveranciers van die geneesmiddelen.
  • Overheden en de registratieautoriteiten (EU, ministeries van Volksgezondheid en de EMA en het CBG). Ook zij kunnen invloed hebben op geneesmiddelentekorten als ze bijvoorbeeld bij controles een vervuiling ontdekken in een geneesmiddel of een partij al laten keuren.
  • Verzekerden halen hun medicijnen op in de apotheek en lopen er helaas tegenaan dat er soms een product niet leverbaar is. Dit leidt soms tot agressie in de apotheek tegen de medewerkers. Die medewerkers van de apotheek doen hun werk zo goed mogelijk en zijn zeker zelf niet verantwoordelijk voor het tekort.
  • Zorgverzekeraars kopen zelf geen geneesmiddelen in, maar wijzen soms wel leveranciers aan voor ‘exclusieve’ levering van een product. Dat heet preferentiebeleid. Er worden dan afspraken gemaakt over levering en prijs.